IN THE SPOTLIGHT | SNOEIEN | ZIEKTES EN PLAGEN | PLANTADVIES

PLANTADVIES

Eén van de eerste dingen waar u naar moet kijken voor u een plant aanplant is of deze geschikt is voor de grondsoort in uw tuin. Is uw grond niet geschikt voor de door u gewenste soort, dan kunt u nog bekijken of u uw grond zo kunt aanpassen dat deze wel geschikt is. Zo kunt u een zandgrond met een ruime hoeveelheid turfstrooisel geschikt maken voor heide en rhododendrons.

Om te kijken welke planten geschikt zijn voor uw grondsoort kunt u gebruik maken van de optie: geavanceerd zoeken op deze website. U vinkt de grondsoort aan en eventueel aandere gewenste eigenschappen van de plant en drukt op zoek, hierop verschijnen alle soorten die aan uw criteria voldoen.

Het planten van bomen.

Het is belangrijk om de potkluit of draadkluit van de afgeleverde boom intact te houden. Dit om de hergroei van de boom te waarborgen. De haarwortels blijven intact, de wortels drogen niet uit, en allerlei soorten schimmels etc. die de boom nodig heeft ook bij de wortels blijven.

Plantgat en snoeien

Bij het maken van een plantgat, zorg je ervoor dat deze ruim genoeg is voor de draadkluit, potkluit of wortelpruik.  Maak het plantgat rondom altijd minimaal 15 cm en onder de kluit. De uit het plantgat gekomen grond meng je met. 1/5 deel compost of topstart en op kleigrond ook nog 1/4 deel potgrond of scherp zand (op natte plantplekken ook goed om onderin het plantgat te mengen), dit voor een goede structuur van het plantgat. Verder is het goed om de boom terugsnoeien, om voor een betere hergroei van de boom te zorgen, neem op plekken waarop circa dezelfde hoogte 2 takken dezelfde richting op wijzen 1 tak hele maal weg en neem andere takken 1/3 in, tot net boven een zijtak of knop die de gewenste groeirichting op staat.

Plaatsen boom

Plaats de boom circa 2-3 cm dieper als dat deze op de kwekerij gestaan heeft in het plantgat, niet dieper. Vul het plantgat rondom de draadkluit voor de helft met grond en druk dit goed aan.  Als het nodig is breng vanonder het plantgat de gietdrain in een cirkel rondom de kluit naar boven, nu is een gietrand of ouderwets een dijkje maken de beste manier om water op de juiste plaats te krijgen. Als de boom goed staat controleer je bij draadkluiten of de spandraad overal minimaal 3 cm van de stam verwijderd is, zo niet knip je deze door en vouwt het ijzerdraad naar buiten. De knopen in de jute los maken is niet nodig.

Boompaal en of grondverankering

Hierna kunnen de bomen vastgemaakt worden aan de boompalen met boomband, meestal met 2 boompalen en deze het liefst plaatsen aan de Noord en Zuid kant van de boom. Zet de boompalen tot de helft in de grond, maak de boomband aan 1 kant aan de paal vast met een spijker, plaats de blokringen om de band, sla de band om de boom, door de blokring en maak hem met 2 pijkers vast aan de achterkant van de paal.  Een andere manier van bomen vastzetten is kluitverankering. Nu kan het plantgat verder worden afgevuld. De grond in het plantgat moet losjes worden aangedrukt en op het laatst moet het worden geëgaliseerd. Overtollige grond als een dijkje van 10-15 cm rondom de pas geplante boom aanbrengen, zodat een soort komvormige boomspiegel ontstaat. Het beste is de boom aangieten voordat het plantgat volledig is afgevuld met aarde, maar ieder geval binnen 24 uur aangieten (in de boomspiegel) met circa 30-70 liter water, afhankelijk van de grootte van de kluit.  Het vastzetten van bomen is een must, een gevolg is, dat de jonge en fijne haarwortels die uit de kluit groeien volledig intact blijven, op de manier krijgt de boom een sneller hergroei en een verbeterde aanslag!